Detail

CodeARC0369
Periode1949 - 1959
OpenbaarheidOpenbaar
ToegangInventaris van het archief van Stichting Financieringsinstituut voor de detailhandel 'De Baronie' Breda, 1949 - 1959
 AENI\PDF_Toegangen\TOEG0369.pdf


  •  Inleiding
    • GESCHIEDENIS VAN DE ARCHIEFVORMER De Stichting Financieringsinstituut voor de Detailhandel "De Baronie" te Breda werd opgericht door de R.K.Middenstandsbond, de Koninklijke Middenstandsbond en de Gemeente Breda, bij akte verleden door notaris B.J.W. Drion te Breda op 1 juli 1950. Hiervoor lag ten grondslag het raadsbesluit van 16 november 1949, goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant op 3 mei 1950 G. Nr. 24111. De stichting had geen personeel in dienst. De administratie werd gevoerd door de Gemeentelijke Kredietbank. Deze ontving jaarlijks een vergoeding voor de administratiekosten. Het doel van de stichting was de bestrijding van woeker door op sociaal en zakelijk wijze mee te werken "in de gerechtvaardigde voorzieningen van de maatschappelijk verantwoorde volkscredietbehoeften in het belang van de credietbehoevenden". De werkwijze die de stichting hanteerde om het gemelde doel te bereiken was borg te staan voor de kredieten, welke de gemeentelijke krediet en voorschotbank, krachtens overeenkomst, verleende aan kredietwaardige personen die een voorschot wilden voor de aankoop van duurzame goederen bij detailhandelaren, die door de stichting als deelnemer waren toegelaten. De detaillisten dienden ingeschreven te zijn als lid van een lokale afdeling van een der Middenstandsbonden. Het financieringsinstituut (= de stichting) stond garant voor de aflossing door de kredietnemer. Het financieringsinstituut kende plaatselijke commissies, vermoedelijk commissies van advies omtrent toetreding van nieuwe leden etc. Enkele afdelingen waren: Roosendaal, Etten-Leur, Zevenbergen, Made e.a., Steenbergen, Dinteloord, Zundert, Rijsbergen. Detailhandelaren uit vermelde plaatsen waren krachtens overeenkomst deelnemer aan het financieringsinstituut. Het financieringsinstituut te Breda vormde het "overkoepelende orgaan voor deze deelnemers". De stichting werd in 1952 aan de Kloosterlaan 1a-1b in het pand van de Crediet en Voorschotbank gehuisvest. De officiële opening vond plaats op 23 april 1952 door loco-burgemeester J.M.Meys. In de loop der jaren verhuisde de stichting mee met de Kredietbank om tenslotte in 1972 gehuisvest te worden in de Veemarktstraat 60 te Breda. Het bestuur bestond uit een voorzitter, een tweede voorzitter en een secretaris-penningmeester en ten hoogste twaalf gewone leden (1). Burgemeester en Wethouders van Breda benoemden twee leden waarvan tenminste één deel uitmaakte van het college van B en W. De Rooms-Katholieke Middenstandsvereniging te Breda benoemde tenminste drie leden evenals de Bredase afdeling van de Koninklijke Nederlandse Middenstandsbond. De direkteur van de kredietbank, de Heer A.C. Schaap was vanaf de oprichtingsdatum ambtshalve als secretaris van de stichting werkzaam. Ten tijde van de opheffing bestond het bestuur uit twee door het college van B en W aangewezen bestuursleden, alsmede uit de direkteur van de gemeentelijke kredietbank die ambtshalve als bestuurslid was aangewezen, (art. 3, lid 11 van de statuten). Rond de jaren 1950-1952 zag men het aantal aanvragen tot deelname aan de stichting spectaculair dalen (2). Dit kwam enerzijds doordat de afbetalingshuizen (= pandjeshuizen) het verloren terrein trachtten te herwinnen en anderzijds door het uitbreken van de oorlog in Korea in 1951. Vooral het uitstaande kredietbedrag liep met ƒ 100.000,— terug. Aan de andere kant constateerde men een een verschuiving van de besteding: de aantallen op krediet gekochte rijwielen en radio's bijvoorbeeld liepen sterk terug en wel tot ongeveer de helft. Daarentegen liepen de bestedingen aan kleding, meubelen en stoffering sterk op. Desondanks zette de achteruitgang in aantallen deelnemers en particuliere kredietnemers door. Hier was mede debet aan het feit dat men - in tegenstelling tot voorgaande jaren - overal op afbetaling kon kopen. Ook meende men dat een verzadigingspunt zou zijn bereikt. In verband hiermee besloot het bestuur na een geruime tijd van aarzeling in het begin van de jaren '70 de stichting op te heffen. Het gemeentebestuur werkte hieraan mee daar er geen overtuigende argumenten aan te voeren waren op grond waarvan een ander standpunt gemotiveerd zou zijn (3)- De liquidatie kon echter niet plaatshebben zolang de uitstaande kredieten, waarvoor de stichting borg stond, niet waren afgelost (art. 11 van de statuten). Nadat een liquidatieplan was vastgesteld nam het bestuur van de stichting het besluit tot liquidatie in zijn vergadering van 24 januari 1972. Het college van Burgemeester en Wethouders informeerde de raad inzake de opheffing c.q. liquidatie van de stichting in de raadsvergadering van 20 januari 1972. De stichting in liquidatie schonk het gemeentebestuur uit het vermogen een bedrag van ƒ 20.996,33 te weten 1/3 deel van het liquidatiesaldo. De Gemeenteraad besloot tot aanvaarding van deze schenking en deelde mede dat genoemd bedrag zou worden toegevoegd aan de reserve-risicopremie van de Gemeentelijke Kredietbank; dit op grond van de verwantschap in doelstellingen der stichting en de Gemeentelijke Kredietbank (4). GESCHIEDENIS VAN HET ARCHIEF EN DE VERANTWOORDING VAN DE INVENTARISATIE Het archief werd aangetroffen bij de inventarisatie van het archief van de de Gemeentelijk Kredietbank. Als verklaring kan gegeven worden dat de toenmalige direkteur van de Kredietbank tevens secretaris was van de stichting. Het administratieve werk van de stichting werd gedaan door de Gemeentelijke Kredietbank; de stichting was daar ook gehuisvest. Het archief kende een registratuurplan met een nummerieke onderverdeling (5). De oude orde kon bij de inventarisatie grotendeels gehandhaafd blijven. De stichting was een particuliere instelling en vormde derhalve een eigen archief. Daar dit archief geen grote omvang had, werden de ingekomen noch de uitgaande stukken geregistreerd. De minuten c.q. doorslagen van uitgaande stukken werden wel zo snel mogelijk in de desbetreffende dossiers opgeborgen. Archivalia van na 1963 zijn niet aangetroffen. Met de verhuizing van de Gemeentelijke Kredietbank van de Veemarktstraat 60 naar de Grote Markt 42 is vermoedelijk het archief van na ca. 1960 tot 1972 verloren gegaan. Doordat bij de inventarisatie met toestemming is vernietigd uit het archief, dateert het jongste bewaard gebleven stuk uit 1959 (5). Vernietigd werd 0,75 m. De omvang van het archief bedraagt 0,3 m. NOTEN 1. Inventarisnummer 4: akte van oprichting 1-7-1950; 2. Inventarisnummer 1: jaarverslagen stichting 1950-1952; 3. Secretariearchief der gemeente Breda 1960-1979, doos 1373 map 7 en doos 1374 map 1; 4. Zie voor stukken die geleid hebben tot de oprichting van stichting tevens het archief van de Gemeentelijke Kredietbank (afd. II-63) inv. Nr. 37; 5. Zie lijst van vernietigde stukken.
  •  OCR
    • BIJLAGE Lijst van de in 1987 vernietigde bescheiden uit het archief van de Stichting Financieringsinstituut Detailhandel "De Baronie" te Breda Uitnodiging van bijwoning van bestuursvergaderingen, 1949-1952. 1 omsla Stukken betreffende de huur van een safeloket bij een bank, 1953. 1 omsla Stukken betreffende afgewezen aanvragen izake aansluiting financieringsinstituut wegens het niet voldoen aan art. 5 overeenkomst, 1951-1956. 1 omsla Stukken betreffende royement van deelnemers inzake gepleegde overtredingen art. 9 overeenkomst (colportage), 1951. 1 omsla Stukken betreffende de plaatsing van deelnemers in een andere klasse voor kapitaalsbijdrage, 1950-1951. 1 omsla Stukken betreffende het verstrekken van gegevens inzake kredieten (inlichtingen over personen van gemeenten naar het Instituut en omgekeerd), 1950-1953. 1 omsla Stukken betreffende afschrijvingen (van terugbetaald geld door particuliere kredietnemers) aan de Stichting F.S.I. "De Baronie" te Breda per 1 juli van elk jaar, 1953-1960. 1 omsla Stukken betreffende deelnemende detaillisten aan het F.S.I, uit Breda en omliggende gemeenten (m.u.v. de verzoeken tot deelname alsmede de betreffende overeenkomsten), 1952-1963- 1 omsla Stukken betreffende verschuldigd zegelrecht, 1951. 1 omsla Stukken betreffende de omzetbelasting, 1950-1951. 1 omsla - V -
  • Hele toegang